Dit jaar bestaat de Raad voor Volksgezondheid & Samenleving (RVS) tien jaar. In dit kader vertellen alle tien onze raadsleden over een advies waar zij of hij nauw bij betrokken is geweest. We trappen de reeks af met Marleen Kraaij-Dirkzwager, arts Maatschappij + Gezondheid. Ze vertelt over het advies Op onze gezondheid – de noodzaak van een sterkere publieke gezondheidszorg, dat in april 2023 verscheen.
als we zo doorgaan, zal het fundament onder onze volksgezondheid verder verzwakken
Volksgezondheid onder druk
Het schrijftraject van dit advies was al begonnen toen ik toetrad tot de Raad, maar ik sprong er graag in, omdat het onderwerp mij na aan het hart ligt: Nederland heeft zijn koppositie in de EU wat betreft de gemiddelde levensverwachting ruimschoots verloren. Dit is een zorgelijke ontwikkeling, die versterkt wordt door nieuwe uitdagingen die de volksgezondheid bedreigen, zoals een verslechterend milieu, klimaatverandering en de oorlog in Oekraïne. Hier moeten we iets aan doen. Sociale determinanten van gezondheid – zoals wonen, werk, inkomen, onderwijs en leefomgeving – moeten veel meer centraal staan in de publieke gezondheidszorg.
Duidelijke waarschuwing
In ons advies Op onze gezondheid! hebben we een heldere waarschuwing: als we zo doorgaan, zal het fundament onder onze volksgezondheid verder verzwakken. Daarom doen we als Raad verstrekkende voorstellen om een stevig fundament voor de publieke gezondheidszorg te creëren. Er is een Deltaplan nodig, waar we vanuit alle beleidsvelden op landelijk, regionaal en lokaal niveau jarenlang en niet-vrijblijvend gaan werken. Daarbij hoort wat ons betreft het wettelijk vastleggen van gezondheidsdoelen en het benoemen van een regeringscommissaris.
“Dit vergt forse investeringen in mensen en middelen.”
Het is altijd spannend om een advies uit te brengen. Hoe valt het binnen het ministerie? Wat vindt de Tweede Kamer? Hoe reageren betrokkenen in het veld? En wat doet de pers? We hebben het advies aangeboden aan André Rouvoet, voorzitter van GGD-GHOR Nederland, op de dag van de Publieke Gezondheid. In een interview met Een Vandaag onderstreepte hij dat de focus in Nederland te veel ligt op zorg en te weinig op volksgezondheid.

‘De focus moet van het beter maken van patiënten naar het mensen gezond houden.’ André Rouvoet – voorzitter GGD-Nederland.
Bekijk hier de video.
Herkenning
In de wandelgangen hoorde ik bijvoorbeeld bij de GGD’s dat er sterk herkend werd wat er in ons advies staat. Als Raad hebben we dat vaker, dat we dingen opschrijven waarvan mensen die nauw betrokken zijn zeggen: ‘Ja, maar dat wisten we al.’ Ik vind het juist belangrijk om die zaken, die de praktijk goed herkent, als Raad scherp op te schrijven en door te vertalen naar een richtinggevend advies voor parlement en ministeries.
Regeringscommissaris
Het schrijven van een advies is altijd een balanceren, zeker als het gaat om de taal. In dit advies presenteren we vier oplossingsrichtingen waar de politiek uit zou kunnen kiezen. Onze voorkeur als Raad gaat uit naar de optie om een regeringscommissaris te benoemen, met als opdracht ‘om samen met alle betrokkenen op landelijk, regionaal en lokaal niveau een Deltaplan voor publieke gezondheid op te stellen en een voorstel te maken voor de verankering van wettelijke gezondheidsdoelen.’
Het voordeel van deze optie is dat een verbindende persoon gebruik kan maken van alles wat we in de samenleving hebben, los van politieke kleur of de zittende duur van een kabinet. Deze persoon fungeert als bindmiddel tussen de vele mooie initiatieven die ons land rijk is. Dit voorstel viel niet overal even goed. ‘Regering’ en ‘commissaris’ roepen bij sommigen gevoelens op van verantwoording en van ‘autonomie inleveren’. Andere partijen, zoals de KNMG, pleiten juist ook voor deze functie. Hoe dan ook blijft onze aanbeveling overeind: er moet meer verbinding komen, de huidige praktijk is te vrijblijvend en versnipperd. Er zijn in Nederland mooie initiatieven, maar te weinig verbinding, en daardoor laten we slagkracht liggen.
Preventie-politie
Een andere reactie die we kregen was de term ‘preventie-politie’. Er is soms een angst dat meer doen om de gezondheid van het volk te bevorderen, gepaard zou gaan met meer verplichtingen voor de burgers: ‘Gij zult gezond leven’. Maar dat is absoluut niet onze bedoeling. Er liggen nu sluimerende taken voor de overheid, zoals het creëren van een gezonde sociale en fysieke omgeving. Dit omvat bijvoorbeeld ruimte voor ontmoeting in zorgzame buurten, een veilige werk- of studieomgeving, en een omgeving die gezond gedrag stimuleert, zoals we hebben geadviseerd in ons meest recente advies Gezond in de bonus. De overheid mag best anders verantwoording afleggen over het realiseren van zulke omgevingen.
Lessen uit de coronatijd
Tijdens de coronapandemie heb ik de angst voor verplichtingen nog heftiger ervaren. Dit is een dynamiek die ik herken van andere gezondheidscrises, waarbij de belangen van het individu en de gemeenschap soms lijnrecht tegenover elkaar staan. De pandemie was echter groter dan andere crises, omdat zoveel mensen erbij betrokken waren. De essentie van het zoeken naar gedeelde waarden en verbinding tussen andersdenkenden is een kernprincipe van de publieke gezondheidszorg. Dit geldt dus niet alleen voor pandemieën, maar ook voor andere gezondheidsdreigingen.
Echte ellende voorkomen
Hoewel Op onze gezondheid! al in 2023 werd gepresenteerd, wachten we nog steeds op een officiële reactie van de minister. De minister zal deze opnemen in de brief Effectief preventiebeleid, die over enkele maanden verschijnt. Ik ben benieuwd naar wat erin zal staan. Preventie is misschien niet ‘sexy’. Er zit weinig heroïek in, terwijl mijn beroepsgroep er bij nacht en ontij aan werkt. Preventie wordt vaak als ‘duur’ en niet altijd ‘evidence-based’ beschouwd.
Toch ben ik ervan overtuigd dat preventie veel meer oplevert dan het kost, omdat het maatschappelijk leed en kosten voorkomt. Daarom bevelen we in dit advies aan om flink te investeren in de bemensing van GGD’en en in de kennisinfrastructuur. Ook is een stevige structurele financiering van gemeenten nodig voor het inrichten en uitvoeren van publieke gezondheidszorg.
Kijk, als preventie goed werkt, merk je er weinig van. Maar de werkers en bestuurders in de publieke gezondheidszorg weten uit hun dagelijkse ervaringen: je voorkomt echt ellende.