Ξ Nieuwe publicaties
ACVZ – Twee wetsadviezen
In december heeft de Adviescommissie voor Vreemdelingenzaken twee wetsadviezen uitgebracht, namelijk een advies over het voorstel voor aanscherping van het openbare-ordebeleid (11 december 2020) en een advies over herziening van de regels voor niet tijdig beslissen op aanvragen op grond van de Vreemdelingenwet 2000 (10 december 2020)
Wetsadvies aanscherping openbare orde beleid
Het wetsvoorstel houdt in dat de bepaling waarin staat dat een migrant die in Nederland is geboren (of hier vanaf vóór zijn vierde verbleef) alleen een permanente verblijfsvergunning geweigerd kan worden, als deze is veroordeeld tot een gevangenisstraf van meer dan vijf jaar voor drugshandel, wordt geschrapt.
De ACVZ vindt dat de noodzaak van deze wetswijziging niet is onderbouwd en dat hier gaat om een disproportionele maatregel. De adviescommissie spreekt zich in dit advies ook uit over het verkrijgen van de EU-status van langdurig ingezetene in het licht van recente Europese jurisprudentie. Omdat er door de jaren heen verschillende aanscherpingen van het openbare orde beleid hebben plaatsgevonden heeft de ACVZ tot slot een factsheet ontwikkeld. Hierin is een overzicht van beleidswijzigingen opgenomen en geplaatst in de context van Europese rechterlijke uitspraken.
Wetsadvies afschaffing dwangsommen
Naast het vergroten van de mogelijkheden om beslistermijnen in asielzaken te verlengen, is het belangrijkste gevolg van dit wetsvoorstel dat de bestuursrechter geen dwangsom meer kan opleggen als niet tijdig op een aanvraag voor een verblijfsvergunning wordt beslist. Deze wetswijziging is voorgesteld als gevolg van de hoog opgelopen dwangsommen die de IND moest uitbetalen aan vreemdelingen omdat er niet op tijd werd beslist vanwege capaciteitsproblemen. In dit advies beveelt de ACVZ onder andere aan om de afschaffing van dwangsommen te heroverwegen, omdat er nu sprake is van een uitzonderingssituatie. De effectiviteit van dwangsommen zou beoordeeld moeten worden in een situatie waarin de IND voldoende afdoeningscapaciteit heeft en de werkvoorraad onder controle is. En in dat geval zijn geen overtuigende argumenten te bedenken waarom dwangsommen niet effectief zouden zijn.