De RSJ heeft op 20 juni 2024 een advies uitgebracht over de wijziging van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden (Rspog). De wijziging gaat over het eerder doorplaatsen van gedetineerden met een gevangenisstraf van acht jaar of meer uit de Terroristen Afdeling naar een andere afdeling met een lichter regime. Zij kunnen vanaf achttien maanden voor het einde van hun detentie, met een minimumstrafrestant van vier maanden, in aanmerking komen voor doorplaatsing als dit veilig wordt geacht.
De RSJ pleit daarom voor een individuele aanpak in de regeling voor doorplaatsing naar een lichter regime
Gedetineerden worden op de Terroristen Afdeling geplaatst op grond van een verdenking of veroordeling voor het plegen van een delict met een terroristisch motief, dus op grond van de aard van het gepleegde delict en niet op grond van het veiligheidsrisico van de individuele gedetineerde. Tussen deze gedetineerden kunnen grote verschillen bestaan. De RSJ pleit daarom voor een individuele aanpak in de regeling voor doorplaatsing naar een lichter regime, aan de hand van een periodieke toets op veiligheidsrisico’s. Eerdere doorplaatsing draagt bij aan de resocialisatie en geleidelijke terugkeer van de gedetineerde in de samenleving.
Ook adviseert de RSJ ervoor te zorgen dat de regeling voor doorplaatsing niet resulteert in een beperking van de mogelijkheid van voorwaardelijke invrijheidstelling voor gedetineerden uit de Terroristen Afdeling die in aanmerking komen voor deze regeling.
Tot slot adviseert de RSJ de nieuwe voorwaarde voor doorplaatsing op het punt van deelname aan resocialisatie aan te passen en te verduidelijken. De RSJ merkt op dat het verrichten van arbeid in detentie geen verplichting meer is.