Het aanvraagproces voor cultuursubsidies bij het Rijk kan eenvoudiger en duidelijker. Ook is de sector gebaat bij een minder vrijblijvende toetsing van de geldende gedragscodes rond fair practice, good governance en diversiteit en inclusie. Dit vergt iets van instellingen, maar het zorgt ook voor een toekomstbestendiger en weerbaarder sector.
Culturele instellingen die in aanmerking willen komen voor BIS-subsidie zijn gebaat bij duidelijkheid vooraf.
Dat staat in het advies ‘Aanvraag- en beoordelingsprocedure BIS-advies 2025-2028’ van de Raad voor Cultuur aan staatssecretaris Uslu van Cultuur en Media. Zij had de raad gevraagd haar te adviseren over het aanvraag- en beoordelingsproces van de Culturele basisinfrastructuur in de periode 2025 tot en met 2028.
Culturele instellingen die in aanmerking willen komen voor BIS-subsidie zijn gebaat bij duidelijkheid vooraf. Die ontstaat door een duidelijke instapeis en helder geformuleerde algemene voorwaarden. Als instapeis adviseert de raad een minimale bestaansduur van vier jaar aan het begin van de subsidieperiode. Als algemene voorwaarden stelt de raad voor dat instellingen zowel van landelijke betekenis moeten zijn, als geworteld in de eigen gemeente of regio.