Het kabinet heeft zijn reactie op het WRR-rapport ‘Goede zaken. Naar een grotere maatschappelijke bijdrage van ondernemingen’ vastgesteld. Het kabinet onderschrijft de boodschappen van de WRR dat Nederland voor een aantal grote opgaven staat op het gebied van onder meer klimaat, gezondheid, demografie, arbeidsmarkt en het toekomstige verdienvermogen. En dat bedrijven veel creatief en innovatief vermogen bezitten waarmee zij onmisbaar zijn om de maatschappelijke uitdagingen succesvol op te pakken.
In zijn reactie reageert het kabinet op elke (deel)aanbeveling van de WRR met een aantal algemene overwegingen en hoe het huidige kabinet deze gewogen heeft
In zijn reactie (15 april 2024) reageert het kabinet op elke (deel)aanbeveling van de WRR met een aantal algemene overwegingen en hoe het huidige kabinet deze gewogen heeft. Verder worden een aantal ambtelijke rapporten genoemd die als aanknopingspunt kunnen dienen voor beleid van een volgend kabinet.
Over het rapport
De WRR pleit in dit rapport voor een omslag in het bedrijvenbeleid. Bedrijven zijn onmisbaar bij de aanpak van maatschappelijke opgaven. Tegelijkertijd kunnen ondernemingen nu te gemakkelijk verdienen aan zaken die schade toebrengen aan mens en milieu. Heldere grenzen zijn nodig en de overheid kan daarbij een sleutelrol vervullen, maar doet dat niet genoeg. Het regeringsbeleid houdt gevestigde ondernemingen nu te veel uit de wind: dat maakt hen afwachtend en belemmert vernieuwing vanuit het bedrijfsleven.
De WRR doet drie hoofdaanbevelingen voor het regeringsbeleid:
- Laat goede zaken lonen: zet in op ambitieuze combinaties van beprijzing en normering en versterk regie over regulering en toezicht.
- Wees terughoudend met financiële steun: heroverweeg subsidies en fiscale regelingen en bied steun alleen als een tijdelijk zetje nodig is voor het ontwikkelen van maatschappelijke oplossingen.
- Ontketen investeringen voor transities: maak inkoop- en aanbestedingsbeleid meer opgavegericht en creëer een publiek-private investeringsbank.