In dit advies analyseert de Rli wat de randvoorwaarden zijn om te kunnen sturen op brede welvaart, zodat de overheid ook andere zaken dan financieel-economische overwegingen expliciet afweegt bij besluitvorming. Dit kan leiden tot beter afgewogen besluiten, bijvoorbeeld ten aanzien van de groei van Schiphol, het realiseren van distributiecentra, woningbouw of onze energievoorziening.
Door af te wijken van het traditionele welvaartsperspectief dat op dit moment binnen de overheid dominant is, ontstaat er ruimte voor besluiten die zich richten op een betere balans tussen economie, samenleving en leefomgeving en op de lange termijn. Daarbij is aandacht nodig voor toekomstige generaties, effecten van besluiten elders in het land en op de wereld. Ook moet nagedacht worden over de verdeling tussen groepen in de samenleving.
Het uitgangspunt van dit advies is dat kijken door een ‘bredewelvaartsbril’ kan helpen om als overheid effectiever te sturen op onderwerpen die van belang zijn voor hoe burgers hun levenssituatie ervaren. Brede welvaart is echter een veelomvattend begrip. Er zullen bij de sturing dus wel prioriteiten moeten worden gesteld. En de keuze voor het één gaat vaak ten koste van iets anders, dat ook belangrijk wordt gevonden. Hoe je als overheid dan tot goede afwegingen komt, is daardoor geen eenvoudige zaak. Maar als er geen verbetering in de sturing komt, dan zal de politiek onvoldoende onderbouwd blijven kiezen tussen alle factoren die de brede welvaart in Nederland beïnvloeden.
Het advies wordt aangeboden aan de ministers van Klimaat en Groene Groei en van Financiën. In het advies doet de raad aanbevelingen aan de overheid over aanpassingen in de wijze van besluitvorming om beter te kunnen sturen op brede welvaart.
Lees meer over het advies ‘Waardevol regeren: sturen op brede welvaart’.